Ik hoop dat je het me niet kwalijk neemt maar het woord is "pit sawer". Er werd in een kuil gezaagd, één man in de kuil en dat was de pit sawer of bottom sawer en de ander op de stam. Dat was de top sawer en die volgde de lijn op de balk of stam. Pith heeft wel een connectie met hout. Het is de sponsachtige kern in het hout waar veel sap door getransporteerd wordt. Een bepaalde plantsoort in de tropen met veel pith (en dus licht) wordt gebruikt om tropenhelmen van te maken.
Maar dat doet niets af aan het mooie beeld van de zagers. En het was een Nederlander die een windmolen ontwikkelde voor het houtzagen.
Inderdaad, Cornelis Corneliszoon van Uitgeest was de eerste die een krukas toepaste in de constructie van een windmolen, dit met de bedoeling om er heen- en weergaand(e) zaagblad(en) mee aan te drijven. De eerste molen met dit principe ging van start in 1595.
Daarvoor was al de zogenaamde klop of slagmolen actief, ook hier een op- en neergaande beweging van het zaagframe, maar dit zaagraam werd aangedreven door korte slaghouten haaks op de horizontaal liggende aandrijfas. Tijdens het draaien stoten die tegen de onderkant van het zware zaagraam en dreven dit zo omhoog, hierbij geholpen door een verende stok die met een touw verbonden was met de bovenkant van het zaagraam. De neergaande beweging gebeurde louter door de zwaartekracht. dit systeem werkte enkel bij watermolens, daarom waren deze zaagmolens ook enkel te vinden op rivieren met een serieus verval. Duitsland, Oostenrijk, Polen, etc. Het rendement lag een stuk lager dan de molen van Cornelis Corneliszoon, maar een stuk hoger dan bij de putzagers.
Mvg,
André