Nadat ik eind 2017 al een grote taxus vaas mocht maken (zo voelt dat eigenlijk, dat je het mag maken), kwam ik toch weer een mooie taxus stam tegen bij een brandhoutverkoper die het toch eigenlijk zonde vond om dat hout te verbranden (en het klooft echt niet fijn)/ Hij had ook nog wat iepenhout liggen, 2 stammetjes zo 40x60, netjes geschild en iets te lang buiten gelegen. We werden het eens over een ruil van het hout tegen een schaal uit taxus en een schaal uit iep. Goeie deal, vond ik.


Ongeveer 75 cm hoog, de rolmaat meet hier 42 cm diameter.



Een kraan is echt geweldig. Op de 2e foto mijn nieuwe meenemer van Wema. De as op de foto is 70 mm dik, de meenemer heeft een doorsnede van 39 mm en 6 tanden. Werkt echt prima. Op de laatste foto is het eerste probleem al zichtbaar: een ringscheur, zoals taxus wel vaker heeft.



Het hout ziet er prima uit, maar de scheur had ik liever niet gehad. Hij komt qua diameter namelijk precies rond de voet uit, als ik het zo zie.

Ja, precies in bij de voet....

Het is met een kraan net als met een frequentieregelaar: als je het één keer geprobeerd hebt, wil je nooit meer zonder.



De buitenkant gaat verder zonder probleem.


Ringscheuren vul ik met 2-componentenlijm (van de Hema) gemengd met wat zwart pigment (roet). Die epoxylijm gebruik ik omdat hij goedkoop is, dichtbij te krijgen is, de hoeveelheid is genoeg en de verpakking niet zo groot dat hij niet lang genoeg mee gaat, en gemakkelijk in het gebruik is. Maar in mijn onverwarmde werkplaats was het zo'n 8 graden, dus dan droogt het in nat hout toch niet zo lekker snel echt helemaal door. Een verfbrander helpt om het in het begin wat warm en dus dunvloeibaar te maken, zodat het goed diep in de scheuren intrekt.





Lekker boren. Eerst de korte boor (40 mm), dan een beetje uitdraaien zodat de pinole ook naar binnen kan, en dan de grote boor (weer 40 mm). Ik was zo lekker aan het boren, dat ik er bijna te laat aan dacht om eens te meten waar ik was. Ik bleek nog ongeveer 1 cm voor de vierklauw te zitten, dat was wel iets verder dan ik van plan was te boren...





Uithollen. Wat een klus. De beitel werd uiteindelijk 185 cm lang. En toen onderaan ook de scheuren vullen.





Het stuk rondhout dat hier in de vaas steekt, is aan de bovenzijde precies op maat gedraaid, omdat de bodem toch relatief dun uitviel. Daardoor konden de zwarte verkleuringen van de vierklauw ook niet helemaal weggehaald worden. Ik had nog wat van de bodem weg kunnen draaien, maar ik was toch bang dat een bodem van 5 mm iets te gemakkelijk zou scheuren.

En dat is dan de beloning na de 1e laag olie (met Steinert Drechsleröl wit en Steinder Drechsleröl 'normaal').









Doorsnede bij de voet 17 cm, bij de grootste diameter 36 cm, bij de opening boven 14 cm.
Hoogte 66 cm buiten, 65 cm binnen.
De wanddikte is zo 12 mm.


Ongeveer 75 cm hoog, de rolmaat meet hier 42 cm diameter.



Een kraan is echt geweldig. Op de 2e foto mijn nieuwe meenemer van Wema. De as op de foto is 70 mm dik, de meenemer heeft een doorsnede van 39 mm en 6 tanden. Werkt echt prima. Op de laatste foto is het eerste probleem al zichtbaar: een ringscheur, zoals taxus wel vaker heeft.



Het hout ziet er prima uit, maar de scheur had ik liever niet gehad. Hij komt qua diameter namelijk precies rond de voet uit, als ik het zo zie.

Ja, precies in bij de voet....

Het is met een kraan net als met een frequentieregelaar: als je het één keer geprobeerd hebt, wil je nooit meer zonder.



De buitenkant gaat verder zonder probleem.


Ringscheuren vul ik met 2-componentenlijm (van de Hema) gemengd met wat zwart pigment (roet). Die epoxylijm gebruik ik omdat hij goedkoop is, dichtbij te krijgen is, de hoeveelheid is genoeg en de verpakking niet zo groot dat hij niet lang genoeg mee gaat, en gemakkelijk in het gebruik is. Maar in mijn onverwarmde werkplaats was het zo'n 8 graden, dus dan droogt het in nat hout toch niet zo lekker snel echt helemaal door. Een verfbrander helpt om het in het begin wat warm en dus dunvloeibaar te maken, zodat het goed diep in de scheuren intrekt.





Lekker boren. Eerst de korte boor (40 mm), dan een beetje uitdraaien zodat de pinole ook naar binnen kan, en dan de grote boor (weer 40 mm). Ik was zo lekker aan het boren, dat ik er bijna te laat aan dacht om eens te meten waar ik was. Ik bleek nog ongeveer 1 cm voor de vierklauw te zitten, dat was wel iets verder dan ik van plan was te boren...





Uithollen. Wat een klus. De beitel werd uiteindelijk 185 cm lang. En toen onderaan ook de scheuren vullen.





Het stuk rondhout dat hier in de vaas steekt, is aan de bovenzijde precies op maat gedraaid, omdat de bodem toch relatief dun uitviel. Daardoor konden de zwarte verkleuringen van de vierklauw ook niet helemaal weggehaald worden. Ik had nog wat van de bodem weg kunnen draaien, maar ik was toch bang dat een bodem van 5 mm iets te gemakkelijk zou scheuren.

En dat is dan de beloning na de 1e laag olie (met Steinert Drechsleröl wit en Steinder Drechsleröl 'normaal').









Doorsnede bij de voet 17 cm, bij de grootste diameter 36 cm, bij de opening boven 14 cm.
Hoogte 66 cm buiten, 65 cm binnen.
De wanddikte is zo 12 mm.